De woorden verschillen in betekenis.
instinctief
automatisch, volgens aangeboren patroon reagerend op een situatie; werktuigelijk
Instinctief trok zij haar voet naar achteren, toen de kist van tafel viel.
Instinctief stak hij een hand op, toen hij de anderen zag zwaaien.
intuïtief
onberedeneerd direct aanvoelend of wetend, volgens ingeving
Intuïtief wist hij dat dit de juiste beslissing was.
De woorden worden wel verward omdat het bij beide gaat om iets dat niet gebaseerd is op overwegingen of redeneringen. Maar instinct heeft te maken met handelingen en gedrag, en intuïtie met ingevingen en overtuigingen. Intuïtie is meer een ‘onderbuikgevoel’ of een zesde zintuig.
Iedereen beschikt over aangeboren handelingspatronen, over instinct, net zoals de dieren. Maar heeft iedereen ook intuïtie? Nee, waarschijnlijk niet, ten minste niet in dezelfde mate. Dat roept de vraag op of intuïtie getraind kan worden. Maar daar zijn de deskundigen het niet over eens.