Top 33 taalvragen
Leer in onderstaande tekst meer over de 33 belangrijkste taalvragen over grammatica, spelling en leestekens. Wanneer je op de noot klikt, zie je de toelichting. Wil je nog meer oefenen met deze taalvragen? Ga dan naar het onderdeel Oefeningen op deze website. Hier vind je meer dan 1000 oefeningen voor zelfstudie.
Geachte mr. en mevr. de Lezer33,
Grammatica
1. Wat is er mis met 'Ik irriteer mij aan iets'?
2. Mag ik 'zo optimaal mogelijk' schrijven?
3. Is het 'Hij zegt dat hij zal komen' of 'Hij zegt dat hij komen zal'?
4. Is het 'u hebt' of 'u heeft'?
5. De reizigers wordt/worden verzocht
7. Een aantal mensen hebben/heeft
12. Het parlement en zijn/haar leden
14. Groter als
Spelling
16. 'Amsterdams' of 'amsterdams'
17. 'Ex vriend', 'ex-vriend' of 'exvriend'
19. 'Ten slotte' of 'tenslotte'
24. Kleed(t) (u) (zich) maar weer aan
Leestekens
29. Aanhalingstekens voor of na punt
31. 'Euro' of 'euro's'
Overige kwesties