Een ontlening aan het Frans die als strijdig wordt beschouwd met het Nederlandse taaleigen; een te letterlijke vertaling uit het Frans. Enkele voorbeelden: 't Is te zeggen (C'est-à-dire) voor Dat wil zeggen of met andere woorden, en Er mist iets (Il me manque quelque chose) voor Er ontbreekt iets. Zie ook barbarisme.
Vaktermen
Zowel in de Schrijfwijzer als op deze website is het gebruik van vaktermen zo veel mogelijk vermeden. Waar nodig is direct beknopt uitleg gegeven. Wanneer de uitleg onvoldoende is, kan deze lijst mogelijk uitkomst bieden. Let op: het gaat om vereenvoudigde definities.
Gebiedende wijs
Vorm van het werkwoord, naast de gewone (aantonende) wijs en de aanvoegende wijs. Deze vorm wordt gebruikt om een bevel uit te drukken: Kom verder, Komt u verder, Liggen! Vaak gaat het om de vorm van het werkwoord die hoort bij de tweede persoon, met jij erachter. Het is dus Loop door!, want het is ook loop in loop jij.
Geleed woord
Een woord dat bestaat uit een of meer woorden en/of niet-zelfstandig voorkomende toevoegsels. Bijvoorbeeld, het woord pianokruk bestaat uit de twee woorden piano en kruk. Het woord gelukkig bestaat uit het woord geluk en het niet-zelfstandig voorkomend achtervoegsel -ig. Andere voorbeelden: lid - woord, on - waar - schijn - lijk.
Germanisme
Een ontlening aan het Duits die als strijdig wordt beschouwd met het Nederlandse taaleigen; een te letterlijke vertaling uit het Duits. Enkele voorbeelden: eerstens (erstens) voor ten eerste, en autobaan (Autobahn) voor snelweg. Zie ook barbarisme.
Getal
Het enkelvoud of meervoud van de persoonsvorm. Enkelvoud is: ik/jij/hij loop(t). Meervoud is: wij/jullie/zij lopen.
Gezegde
Het gezegde van een zin geeft aan wat het onderwerp van de zin is of doet. Het gezegde bestaat uit minimaal de persoonsvorm van de zin, aangevuld met andere werkwoorden in de zin of een naamwoord. In de drie zinnen van deze omschrijving zijn de gecursiveerde woorden het gezegde.
Grammatica
Het geheel aan regels op basis waarvan in een taal zinnen gemaakt kunnen worden. Zinnen kan men taalkundig ontleden in woordsoorten: werkwoord, voornaamwoord, bijwoord, enz. Zinnen kan men ook redekundig ontleden. Het gaat dan om de functie van een zinsdeel in een zin:gezegde, onderwerp, lijdend voorwerp, bepaling, enz.
Grondwoord
Een grondwoord is het woord dat de basis of de kern vormt van een geleed woord of samenstelling. De kern van het gelede woord ongelukkigerwijs is geluk: (on-)geluk(-kig-er-wijs). De kern van de samenstelling prijsvraag is vraag, en van vraagprijs is dat prijs.
Hollandisme
Ook wel een neerlandisme genoemd. Een vorm (woord of uitdrukking) die wel in het Nederlands, maar niet in het Vlaams voorkomt: flensje, hartstikke.